PERU

In de voetsporen van de Inca's.

Overblijfselen van legendarische beschavingen, adembenemend zilver- en goudwerk, indrukwekkende natuur, kleurige stoffen, het magische Machu Picchu, het overheersende Andesgebergte, ... Peru heeft veel te bieden.
In juli en augustus 2011 trokken we voor drie weken naar dit betoverend mooie Zuid-Amerikaanse land en ontdekten, 100 jaar na Hiram Bingham, de majestueuze en adembenemende Incastad, Machu Picchu.

REISROUTETOP-15

  1.  Het magische en adembenemend Machu Picchu.
  2.  De beklijvende zoutmijnen in de Heilige Vallei.
  3.  De koloniale sfeer in het oude stadcentrum van Lima.
  4.  Tientallen machtige condors in de Colca Canyon.
  5.  Unieke zeilervaring op het Titicacameer.
  6.  De Andessfeer in de Incastad Cusco.
  7.  Ollantaytambo, de citadel op het einde van de vallei.
  8.  Pisac, één van de belangrijkste Incaruïnes.
  9.  Sporen met de Orient Express naar Machu Picchu.
10.  De fraaie fauna van Islas Ballestas.
11.  Adembenemende rit naar Colca Canyon.
12.  De drijvende rieten eilanden van Uros.
13.  De mysterieuze Nascalijnen.
14.  De vermaarde Incasite Sacsayhuaman.
15.  De fraaie abdij Santa Catalina in Arequipa.

KOLONIAAL LIMA

Donkergrijze wolken trekken over Lima. Hoog op de cascades sieren mozaïeken van keramieken de golvende banken van het Parco de Amor, een bescheiden kopie van het Parc Guëll in Barcelona. Het is koud in Lima. We waren enkel voorbereid op goed weer zodat we nog een extra sweater kopen. Voor geen geld.
Het gezellige centrum van Lima ademt een koloniale sfeer uit. Een straat met kleurrijke koloniale huizen leidt naar het Plaza de Armas. ¿De donde eres? vraagt een stokoud vrouwtje, duidelijk door de jaren getekend. We halen ons beste Spaans boven en vertellen dat we van België zijn. België kent ze niet. We nemen afscheid en wandelen verder. Houten balkons sieren het statische bisschoppelijk paleis. De kathedraal is een voorbeeld van Spaanse koloniale architectuur. Twee torens flankeren de centrale ingang.
We rijden naar Miraflores, een moderne wijk met veel hoge kantoorgebouwen, hotels en restaurants. Daar verwacht je eigenlijk niets ouds. Maar toch ligt er een bijzondere, oude schat verborgen: Huaca Pucllana. De ruïne dateert van vóór de Inca’s en is opgebouwd uit baksteen en klei. Huaca is een term uit het Quechua om een heilige plaats te aan te duiden. Afsluiten doen we dag in Museo Larco, een museum voor precolumbiaanse kuns. Het museum is gehuisvest in een 18e-eeuws vice-koninklijk gebouw.

RUSTIG AREQUIPA

Arequipa bekoort ons. Het oergezellige stadje straalt een gemoedelijke charme uit. Onder de bedreiging van drie vulkanen glinsteren de witte gebouwen in de stralende zon. Lokale bevolking en toeristen verpozen op het bruisende Plaza de Armas.
We haasten ons naar het Museum Larco, waar het ijsmeisje Juanita wordt tentoongesteld. Het is zondag en het museum sluit om 2 uur. We kunnen enkel met soles betalen en moeten snel om de hoek enkele dollars wisselen. Tijdens een bergexpeditie in 1995 vond Amerikaans bergbeklimmer en onderzoeker Johan Reinhardt samen met een Peruaanse collega in de krater van de Ampato-vulkaan een vreemde bundel stof die achteraf het ingevroren lichaam van een jong meisje bleek te bevatten. Juanita was niet de eerste en ook niet de laatste mummie die gevonden werd in Zuid-Amerika, maar het was wel de eerste keer dat men een zo goed bewaard lichaam terugvond. De grote hoogte, de koude en de ijskap hadden immers gezorgd voor diepvriesomstandigheden waarin het lichaam van het meisje in perfecte staat bewaard iss gebleven.
Het Monasterio de Santa Catalina is uiterst fraai en groot. Het klooster beslaat een hele blok en wordt bewaakt door hoge muren. Het is één van de meest fascinerende religieuze gebouwen in Peru. Ooit leefden hier tot honderd kloosterzusters, nu amper een tiental, goed afgeschermd van de buitenwereld door dikke muren en zware deuren. We snuiven de meditatieve sfeer op en verdwalen een beetje. Er staat wel een miniatuurkaart op de achterkant van ons ticket maar het helpt ons niet echt vooruit.We passeren de boog van silencio (de stilte) en betreden het klooster van de novicen, met een binnenplaats en een rubberboom in het midden. Nonnen leefden vier jaar als novicen. Hun (rijke) families betaalden een bruidsschat van honderd gouden munten per jaar. Aan het einde van het vierde jaar konden ze kiezen om hun gelofte af te leggen of het klooster te verlaten.
We trekken terug naar het hotel, waar we de dag afsluiten aan het rand van het zwembad.

CONDORS IN COLCA CANYON

We rijden van het schattige Arequipa naar Chivay. Kuddes vicuña’s, alpaca’s en lama’s trekken aan ons voorbij. Vrouwen prijzen hun veelkleurige waren aan. We stijgen hoger en hoger, de lucht wordt ijler, waardoor inspanningen moeilijker worden.
We klimmen noordwaarts doorheen het woestijnachtige gebied en over de bergpas. We bereiken net geen hoogte van vijfduizend meter. Het is koud, tegen het vriespunt. Watervallen bevriezen en bieden een spectaculair zicht. We drinken cocathee en kauwen cocablaadjes om de hoogte te trotseren. Tijdens de lunch vraagt onze gids naar het leven in Europa, onze familie, wat we doen. Wij laten haar liedjes van Sting, Hooverphonic en Gotye horen. Ze luistert gefascineerd. ¡Esta soy yo! giechelt ze als we foto's op ons fototoestel tonen. We trekken verder door de Pampas de Canihuas en de gure Altiplano. Het landschap verandert in kilometers lange pre-inca terrassen. In de late namiddag bereiken Las Casitas de Colca, waar we relaxen en een plons in ons zwembad nemen.
De volgende ochtend trekken we verder de Colcavallei in. De naam Colca is ontstaan door de gaten die in de kloof te zien zijn. Deze gaten heten colcas. In Maca bezoeken we het plaatselijke kerkje. Traditioneel en katholiek geloof gaan er hand-in‐hand.
Condors stijgen, gedreven op thermiek, uit de ravijn op. Gedragen door de wind klieven ze met hun enorme vleugels door de lucht. De reuzengrote vogels zorgen voor een adembenemend spektakel op de Cruz del Condor waar tientallen nieuwsgierige toeristen verzamelen.

SALING ON THE TOP OF THE WORLD

Na een lange rit vanuit de Colca Canyon bereiken we uitgeput het Titicacameer. Puno is een grijze en vuile stad, waar weinig te beleven valt. Het Titicacameer is daarentegen wondermooi, hotel Titilaka gewoonweg een droom. De eerste avond zijn we echter gekluisterd aan ons bed. De vermoeidheid en het grote hoogteverschil (we overbrugden bijna de kaap van vijfduizend meter) spelen ons parten en we zijn beiden (hoogte)ziek.
De volgende dag zijn we gelukkig aan de hoogte aangepast en trekken we met onze gids naar de eilanden Uros en Taquile. Op Uros leven een tiental gezinnen op drijvende rieten eilanden. De vrouwen verwelkomen ons hartelijk, geven uitleg bij hun levenswijze en wuiven ons uit met een medley van evergreens. Taquile is een eiland dat ongeveer tweeduizend bewoners huisvest. Zij leven van landbouw, weverij en toerisme. Vrouwen en mannen leven er volgens eeuwenoude tradities, ver weg van het moderne en jachtige leven.
Na een rustige voormiddag (uitslapen, rusten, ontbijten, rusten, kajakken op het meer, rusten) pikt de skipper van het zeiljacht ons op. We kiezen voor het ruime sop, rustig laverend op het glimmende water van het 3812 meter hoog gelegen Titicacameer. Het is een uitzonderlijke ervaring te zeilen op een hoogte van net geen vierduizend meter terwijl Andesreuzen van zesduizend meter hoog het panorama vormen.

CUSCO, HOOFDSTAD VAN HET INCARIJK

Tijdens de lange rit naar Cusco bezoeken we een zonnecomplex van de Inca’s. Het biedt wat afleiding tijdens een volle dag autorijden.
Cusco is een pittoreske stad, de hoofdstad van het Incarijk. Cusco ademt een echte Andessfeer uit. Vrouwen in wijde rokken en hoge, bolle hoeden op hun pikzwarte vlechten bevolken de straten terwijl kinderen in veelkleurige pullovers voor één sol gewillig op de foto willen. De koloniale architectuur van de Spaanse veroveraars komt tot uiting in de enorme kathedraal, in de talloze fraaie huizen met bogen en houten balkons in smalle, kleine straten. We wandelen door de rustige straten, bezoeken het kunstenaarskwartier en verpozen in de zon op de trappen van de kathedraal terwijl we onze geliefkoosde hobby (mensen kijken) uitoefenen. Scherp en gevat commentaar verzekerd!
We nemen intrek in Hotel Monasterio. En al bieden de kamers geen grote luxe, het hotel straalt charme en een gezellige warmte uit. Het personeel is zeer vriendelijk en de omgeving verbluffend. Een eeuwenoude ceder op het binnenplein van het hotel biedt schaduw en koelte en weerspiegelt in de ramen van de galerijen waar de kamers, ingericht met koloniale meubelen, ondergebracht zijn.
De volgende dag bezoeken we al vroeg de vermaarde Incasite Sacsayhuaman en een aantal minder belangrijke ruïnes van Tambomachay. We staan in bewondering voor de indrukwekkende Inca-architectuur en de prachtige omgeving. De lange megalithische muur van Sacsayhuaman is tegen een heuvel gebouwd. Het zigzaggende muur bestaat uit enorme stenen, die precies tegen elkaar passen. Verbluffend staaltje bouwkunst. We wandelen naar de merkwaardige rondgekolkte rotsen. Hierin is de beroemde Incatroon uitgehakt. Ook zijn er talloze rechthoekige inkepingen die suggereren dat er met een sneeuwschep hapjes uit de steen geschept zijn. Alles wijst op geavanceerde technologie, maar wie de ancient engineers waren die dit alles geconstrueerd hebben, is onbekend.

HEILIGE VALLEI

De Valle Sagrado loopt parallel met de Urubambarivier. We zien Pisac beneden in de vallei liggen, omringd door een patchwerk van landbouwterrassen. De Heilige Vallei is de graanschuur van Peru. Pisac ligt er rustig bij. Het stadje is omwille van het toerisme uit zijn voegen gebarsten. Marktkramers verdringen elkaar om hun waren aan te prijzen. Wij trekken naar de hoger gelegen ruïnes van het oude Pisac. Het is één van de belangrijkste Incaruïnes. We wandelen langs landbouwterrassen om de citadel te bereiken. Gladde stenen zijn haarfijn in elkaar gestapeld. Het uitzicht is verbluffend.
Later op de dag bezoeken we de zoutmijnen van Maras. Het van nature zoute water stroomt in honderden bekkens, de zon verdampt het water tot zout. Kinderen met gekloofde voeten werken er in mensonwaardige omstandigheden voor een hongerloon. De Peruviaanse regering kijkt toe en laat begaan. We voelen ons niet echt comfortabel om de zoutmijnen te bezoeken. Doe het toch maar, zegt onze gids. Met het toegangsgeld helpen ze de arbeiders. Toch blijven we na het bezoek met een wrang gevoel zitten.
De terrassen van Moray lijken wel op een Romeins amfitheater. De cirkels in terrasvorm klimmen naar de top van de heuvel. Wetenschappers proberen nog steeds te achterhalen wat de functie is van deze vreemde cirkels al wordt aangenomen dat het landbouwlaboratoriums van de Inca’s zijn, die hier experimenteerden met de teelt van gewassen.
In de namiddag bereiken we ons hotel. Twee baby-alpaca’s bevolken de tuin, grazend van het harde gras. Om de zes uur worden ze door de gasten gevoederd. Het is gewoonweg vertederend.
Ollantaytambo is de citadel op het einde van de vallei. Steile trappen klimmen tot aan het fort, waar de Inca’s de regio bewaakten. Terrassen bieden steun aan het fort en zorgen voor voedsel voor haar bewoners. Tegen de flanken van de Andesreus liggen voorraadschuren te schitteren in de zon.

LUXE OP DE ORIENT EXPRESS

We wachten op het perron van Urubamba. Backpackers stappen af, klaar voor een tocht naar het heiligdom van de Inca’s. Aan hun voeten stevige wandelschoenen en felgekleurde outfits om de lenden. Waterproof windjacks en fleece vesten. Op hun rug dragen ze een stevige rugzak. Ze zijn klaar voor de trekking van hun leven. Vier dagen langs 600 jaar oude wandelwegen naar Machu Picchu, heiligdom en woonplaats van de Inca’s.
Wij sporen met de luxueuze Hiram Bingham naar Aguas Calientes. Zelfde bestemming, minder vermoeiend. De trein die deel uitmaakt van de befaamde Orient Express nodigt ons uit. We sporen door een adembenemende omgeving. Eens het duister is, wordt het diner geserveerd. Fraai porselein, opgeblonken zilveren bestek en kristallen glazen maken deel uit van de ervaring. De nacht kleurt pikzwart als de trein in het station van Aguas Caliente binnen rijdt.

ADEMBENEMEND MACHU PICCHU

De goedlachse gids van Orient Express leidt ons naar de site, de laatste meters moeten we ons omdraaien om dan in vervoering gebracht te worden door een ronduit fantastisch uitzicht : Machu Picchu ligt aan onze voeten. Unesco‐werelderfgoed en wereldwonder.
Vierhonderd jaar geleden werd Machu Picchu verlaten door de Inca’s. De reden blijft een raadsel. Alvast niet omwille van de Spaanse conquistadores. Die hebben het heiligdom nooit ontdekt, ingesloten als het lag tussen de Andeskolossen. Pas in 1911 ontdekte de Amerikaanse expeditie eerder bij toeval de verloren stad, een sacraal oord. De zon werd hier aanbeden, maar ook Pacha Mama (de moeder aarde) en de condor. We vergapen ons aan de kunstwerken van de Inca-architecten.
De volgende dag keren we weer, in het holst van de nacht, om de zon boven Machu Picchu te zien opkomen. Wolkenslierten omarmen het heiligdom. Nevel onttrekt ons het zicht op de site. De zon is niet krachtig genoeg om de grijze wolken te doorbreken. Maar ook nu is Machu Picchu hemels, een once‐in-lifetime ervaring.
We are not Indians, we are Andeans, zegt onze gids. Graag benadrukt hij de eigenheid van zijn volk dat in zijn ogen ten onrechte wordt afgedaan als indianen, die goddeloze wilden uit Noord-Amerika (wat meteen ook een stereotiepe opmerking is). Ze hebben nog steeds hun eigen taal (het Quechua, gesproken door zes miljoen Peruvianen) en een heel eigen cultuur. Hij leidt ons over een Incapad naar de Incabrug, geplakt tegen de flanken van een Andesreus, een echt staaltje vakmanschap die de tand des tijd zonder moeite trotseert.

PARACAS, ISLAS BALLESTAS EN NAZCALIJNEN

Onze reis sluiten we af op het schiereiland van Paracas. We bezoeken er de fraaie Islas Ballestas. Vanuit de haven van het dorp El Chaco op het schiereiland Paracas varen we naar de kleine eilandengroep in de Stille Oceaan. Voordat de Islas Ballestas in zicht komen, maken we een korte stop. Achter ons ligt de Candelabra Paracas, een grote zandtekening in de duinen van Paracas. Niemand weet precies hoe oud de zandtekening is en wie er voor verantwoordelijk is.
Luidruchtig brullend heten zeeleeuwen ons welkom wanneer de boot het eiland nadert. Even lijkt het alsof we een tocht maken langs de wereldberoemde Galapagoseilanden maar schijn bedriegt. Dit zijn de Islas Ballestas van Peru, oftewel mini-Galapagos! Duizenden zeeleeuwen, pinguïns, dolfijnen, pelikanen, jan‐van-genten en andere vogels bewonen deze eilandengroep voor de kust van Peru. Schattige pinguïns schommelen over de rotsen en springen onvervaard in de woelige zee. Het stank is nauwelijks te harden. Op de eilanden wordt nog steeds guano (vogelmest) gewonnen. Om de vijf jaar wordt de laag guano van het eiland geschept en als mest verkocht.
Het droge woestijnlandschap van Paracas staat in schril contrast met de blauwe golvende zee die het schiereiland omringt. Verderop stort de grillige kustlijn zich steil in de zee. We wandelen door het rode, losse zand terwijl jan-van-genten en meeuwen boven onze hoofden op de zeebries surfen. Het nationale park van Paracas huisvest tal van vogels. We wandelen verder door het grillige landschap naar de duinen van Huacachina.
Het sportvliegtuigje scheert rakelings over de Nascalijnen. De piloot manoeuvreert van links naar rechts om alle passagiers de mysterieuze lijnen, uitgehouwen in de eindeloze vlakte, perfect te tonen. De lijnen zijn geogliefen, tekeningen in de aarde van dierenfiguren, geometrische vormen en duizenden lijnen die dankzij het gebrek aan regen en wind goed bewaard zijn gebleven. De lijnen zijn zo'n tweeduizend jaar oud en werden in 1927 ontdekt. We zien de aap, kolibrie, spin, papegaai, boom en de handen.
En dan staan we terug in de luchthaven van Lima. We wachten op de vlucht naar Madrid. Atención. Atención. Cambio de puerta del vuelo a Madrid. Ve a la puerta veintidós, klinkt het door de luidsprekers. Attention. Attention. Change of gate of the flight to Madrid. Go to gate "forty two". Een deel van de reizigers trekken naar rechts, het andere deel wandelen naar links. Gelukkig beheersen we voldoende Spaans om de juiste richting uit te gaan :-).
Hasta pronto, Peru. Tupananchiskama, incas.