MONTENEGRO

Rijzende ster in de Balkan.

HOMEEUROPAMONTENEGRO

In de zomer van 2021 trokken we naar Montenegro.
Waar je ook gaat, in Montenegro (‘Zwarte Berg’) ben je altijd in het gezelschap van bergen. De wilde, prachtige natuur domineert het land. Maar dit fascinerende Balkanland heeft nog veel meer in zijn mars. Van zonnige stranden en zwoele zomeravonden tot de overblijfselen van duizenden jaren oude beschavingen.
Montenegro is compact. Onze reis voert ons naar Kotor, één van de mooiste baaien ter wereld en Unesco-werelderfgoed. Verder trekken we langs blauwgroene bergmeren en natuurparken, naar Venetiaanse stadjes, spectaculair gelegen kloosters en prestigieuze jachthavens. Onderweg ontdekken we een van de laatste regenwouden en het grootste vogelreservaat van Europa en een van de diepste canyons ter wereld.

TIVAT - PORTO MONTENEGROREISROUTE

We vliegen vanuit Brussel naar Dubrovnik. Aan de grens tussen Kroatië en Montenegro moeten we haast een uur aanschuiven. Paspoorten en covid-certificaten worden gecontroleerd. De grenswacht onderwerpt de documenten van onze wagen aan een strenge controle. Is this your car?  Neen, zeggen we. It's a rental car.  Een onverstaanbaar gegrom volgt. We gaan ervan uit dat we welkom zijn in Montenegro. In Kamenari brengt de ferry ons naar de overkant van de baai, vanwaar we ons naar Tivat haasten. Tivat is een klein dorpje dat sinds het neerpoten van een mondaine haven (Porto Montenegro) op de wereldkaart staat. We nemen in de vooravond intrek in ons gezellig hotel.
Het is zondag en we slapen wat langer, ontbijten uitgebreid en slenteren naar de mondaine haven waar jachten elkaar naar de kroon steken. We wandelen langs talloze restaurants en bars, langs boetieks van Dolce & Gabbana, Christian Dior, Gucci en Hermes terwijl de uurwerken van Rolex onze aandacht trekken. Voor het Regenthotel glimmen de Maserati's, Ferrari's en oversized Mercedessen. Noblesse oblige.

TOP-10

  1. Durmitor National Park.
  2. Baai van Kotor.
  3. Boottocht in de Golf van Budva.
  4. Rondrit Lovcen National Park.
  5. Boottocht op het Skadarmeer.
  6. Eiland Our Lady of the Rock.
  7. Đurđevića Tara Bridge.
  8. Bezoek aan Cetinje.
  9. Biogradska Gora National Park.
10. Luilekkeren in Tivat.

BAAI VAN KOTOR

We rijden langs de prachtige kustweg naar de baai van Kotor. Risan is wellicht de oudste Montenegrijnse kustplaats en heette in vervlogen tijden Rhizon en Risinium. Het stadje dateert uit de 3e eeuw voor Christus. Wondermooie mozaïeken zijn getuige van de Romeinse overheersing. Nadien kwamen en gingen bezetters als de Ottomanen (Turken), Italianen (Republiek Venetië) en Habsburgers (Oostenrijk-Hongaarse Rijk). We wandelen door smalle steegjes langs traditionele huizen.
Perast staat op de Unesco Werelderfgoedlijst en is één van de hoogtepunten van onze reis. Deze kleine barokke plaats beleefde haar glorietijd in de 17e en 18e eeuw. Perast was in de Venetiaanse tijd het kloppende hart van de Baai van Kotor en had een eigen zeevaartschool, dat in Europa hoog stond aangeschreven. Perast staat bekend om zijn rust en de uitbundige hoeveelheid barokke architectuur. Tegenover Perast liggen twee kleine eilanden. We varen naar het eiland Gospa od Skrpjela (Onze Lieve Vrouwe van de Rots) waar we de kerk, annex museum bezoeken. We zien tal van oesterkwekerijen. Sommige pontons zijn krakkemikkig, anderen zeer modern.
We zetten onze weg verder richting Kotor. Een kilometers lange file slingert langs de kust naar het stadje dat diep verscholen in de baai ligt. De stad wordt omringd door oude vestingmuren en staat op de Werelderfgoedlijst van Unesco. Het kleine stadje is een populaire bestemming en is overvol met eindeloze stromen toeristen uit de cruiseschepen, aangevuld door kolonnes dagjesmensen die door tientallen bussen van heinde en verre aangevoerd worden. We vinden geen parking terwijl we stapvoets onze weg verder zetten. Op de flanken van de fjord zien we de fortificatie St. Johannes (Sveti Jovan) op een hoogte van 280 meter boven de zeespiegel. Het moet een adembenemend mooi uitzicht over de ommuurde oude stad, de haven en de Baai van Kotor bieden. Wij besluiten later in de week terug te keren, 's morgens vroeg of 's avonds laat.

BUDVA

Budva is één van de oudste stadjes van de Adriatische kust, bekend om zijn stranden en zijn nachtleven. De publieke stranden zijn overdruk. Strandgangers liggen er als sardientjes in een doosje. Wij trekken erop uit met een bootje, bezoeken de vele eilandjes en strandjes. Op een hagelwit strand houden we halt. Hier is het veel rustiger. We nemen ruimschoots de tijd voor een plons in het zilte water.
's Avonds bezoeken we het ommuurde oude Budva, dat in de 15e eeuw door de Venetianen gebouwd werd op een landtong. Budva wordt wel eens het kleine Dubrovnik van Montenegro genoemd, maar kan toch niet wedijveren met de grote broer in Kroatië. Na de aardbeving van 1979 werd het historisch centrum keurig hersteld. Via verschillende toegangspoort kan je voor een wandeling in de middeleeuwse stad duiken. Het is een wirwar van straatjes waar de klassieke souvenirs worden aangeprezen, pizza's en ijsjes verorberd wordt en koelte van de vele terrassen wordt opgezocht.
Onze skipper  staat ons op te wachten. We maken een boottochtje op de Golf van Budva. We varen langs de oude stad en de steile kust. Overal zie je kleine inhammen waar zonnekloppers de overvolle publieke stranden ontvluchten. We houden halt bij een grot. We plonsen in het water en zwemmen door de smalle doorgang van de grot. Het water is aangenaam warm, met af en toe een koude(re) stroming van onderwaterbronnen. We varen naar de andere kant van de baai. Onvervaard springen een aantal jongens van de steile kliffen. Andere waaghalzen hangen tientallen meters boven de zee, aan een parasol, voortgetrokken door speedbootjes. Nabij Sveti Stefan, een schiereilandje in de Golf van Budva, houden we halt. We duiken in het kristalheldere water van de Adriatische Zee.

SKADAR LAKE NATIONAL PARK

We rijden langs de drukke kustweg via Sveti Stefan, een exclusief hotel- en restaurantschiereiland, en Petrovac naar het Skadar Lake National Park. Het Meer van Skadar herbergt het grootste vogelreservaat in Europa. Dit is de laatste habitat van de pelikaan op het oude continent. We maken een boottochtje en hebben geluk. Een schichtige pelikaan blijft een tijdje rustig drijven alvorens hij rakelings over onze hoofden wegfladdert. Op de eilandjes in het meer liggen nog overal kloosters, kerken en forten. We houden halt bij een van de oude kloosters. De warmte overvalt ons. De klim naar het klooster overbruggen we puffend. We worden beloond met een geweldig uitzicht op het nationale park.
Riet, waterlelies en allerlei vogels verdringen elkaar. Waterduikers jagen op vis terwijl wij via de kanaaltjes tussen het riet en de oevergewassen naar het fort van Lesendro cruisen. Het fort werd in 1832 gebouwd door de Montenegrijnse heerser Petar II Petrović Njegoš op een eiland in het Skadarmeer. Het fort werd ook wel Sleutel tot Skadarmeer genoemd, omdat het bedoeld was om veilige handel en visserij voor de lokale bewoners te garanderen. In 1843 veroverden de Turken het fort om het 35 jaar later achter te laten. Nu is het eiland van het fort via een weg en spoorweg met het vasteland verbonden.

CETINJE & LOVCEN

Cetinje is de oude hoofdstad van Montenegro. Honderd jaar geleden stonden hier talrijke nobele ambassades en ook het paleis van koning Nikola Petrovic. Dit is sinds 1925 het Museum van Montenegro dat naast historische artefacten ook een collectie Montenegrijnse kunst tentoon stelt. Is Ava Ivanovic aanwezig? Vragen we aan het onthaal. Yes, She will be here in 5 minutes. Ava is de vrouw van de skipper die ons langs de baai van Budva voerde en is conservator van het museum. Ze heeft weinig tijd maar begeleidt ons naar de kunstcollectie.
Cetinje is een gezellig en vredig stadje. De voormalige hoofdstad van het koninkrijk Montenegro ademt rust uit. We nestelen ons in de comfortabele zetels van het terras van hotel Gradska.
Rondom Cetinje ligt het Nationaal Park van Lovćen dat één van de belangrijkste monumenten van Montenegro herbergt. De weg kronkelt naar boven. Tweehonderdvijfentwintig trappen leiden naar het mausoleum van Njegoš, prins-bisschop van Montenegro. De communistische machthebbers in Montenegro vernietigden de kapel om er een monumentaal mausoleum te plaatsen. Het uitzicht is verbluffend. We ontmoeten er vijf Vlaamse vrienden die door Bosnië, Albanië en Montenegro reizen. Reisverhalen en -tips worden uitgewisseld.
Langs smalle, kronkelende wegen en tientallen haarspeldbochten dalen we naar de kust. De panorama's zijn prachtig. We hebben zicht op de Baai van Kotor, met rechts de Golf van Kotor en Perast en links van ons de Golf van Tivat. Kotor ligt aan onze voeten.

BIOGRADSKA GORA & TARA CANYON

We rijden naar het noorden en passeren de onooglijke hoofdstad van Montenegro. Podgorica telt een kleine 200.000 inwoners. Het is eerder een provinciestadje dan een hoofdstad. Grauwe, lelijke appartementsblokken uit de communistische periode bieden nog steeds huisvesting aan een deel van de bevolking.
Het landschap wordt nog ruwer. We zien hoge, kale bergen in het oosten, de grens met Albanië. Dan wordt de omgeving groener. We rijden langs de Tararivier. En waar water is, is de plantengroei weelderig. We rijden naar het Meer van Biogradska. Varens groeien weelderig langs de oevers van het meer. Het iOS er koel in de schaduw van de metershoge dennenbomen. We wandelen langs het meer. De bomen bieden schaduw. Niet te versmaden als het kwik boven de dertig graden klimt.
Verderop klieft de Tara door het landschap en sleep doorheen de jaren (eeuwen) een diepe kloof. Na de Grand Canyon de diepste kloof van de wereld (al zijn er nog canyons die die eer claimen). We vergezellen de Tara gedurende ruim tachtig kilometer, slingerend langs de steile wanden van de canyon. We houden halt bij de Durdevicabrug, die de Tarakloof overspant. We kijken over de rand van de brug en zien de Tara, die duizelingwekkend lager ligt. Rafters trotseren de (bescheiden) stroomversnellingen van de rivier. Waaghalzen zwieren langs een zip line van de ene naar de andere rand van de canyon. Wij vervolgen onze weg naar Zabljak.

DURMITOR NATIONAL PARK

Gezwind stuurt onze chauffeur zijn jeep over de smalle boswegen van het Durmitor National Park. Hoge dennenbomen bieden rijkelijk schaduw. In deze bossen leven beren, wolven en herten en tientallen vogelsoorten. De dieren zijn echter schichtig en laten zich niet zien. Zelfs beren zetten het op een loopje als ze mensen zien, vertelt onze gids. We klimmen hoger. De Tarakloof is hier zeer breed.
De omgeving wordt kaal. Hoge pieken vormen de grens met Bosnië-Hercegovina. Lake Susica is opgedroogd. De meren en rivieren in het Durmitor National Park zijn kristalhelder, zegt onze gids. You can drink the water of all rivers and lakes in the national park.  Op de flanken en het plateau wonen mensen, in kleine dorpen. Mostly elder people, vertelt onze gids. Zij zijn gewoon aan de barre weersomstandigheden. Zeker in de winter, als de sneeuw hier tot wel vijf meter hoog is. Deze dorpen zijn dan van de buitenwereld afgesneden. Zelfs tot zes maanden.
We vervolgen onze tocht door het park. De natuur is ruw, maar wondermooi. De meest fraaie berg is de Prutas. Niet omwille van zijn hoogte, maar omwille van de grillige vorm. De grondlagen staan door aardbevingen en grondverzakkingen verticaal, wat de berg aantrekkelijk maakt voor vele toeristen. De berg is ook zeer populair bij bergbeklimmers. In het oosten van het park doemt de Bobotov Kuk voor ons op. Het is met zijn 2.522 meter de hoogste piek van het Durmitor National Park. De rondrit in het park (zie kaart) is één van de hoogtepunten van onze reis door Montenegro.
 
De laatste twee dagen verblijven we in Herceg Novi, in het fraaie Lazure Marina Hotel. We rusten uit van een geslaagde reis door het kleine Balkanlandje voor we via Dubrovnik en Frankfurt terug naar Brussel vliegen.
Tot ziens, Montenegro. Zbogom, Crna Gora. Збогом, Црна Гора.