CHINA

7000 jaar cultuur en geschiedenis.

HOMEAZIËCHINA

Beijings Verboden Stad, de Grote Muur, booming Shanghai, het terracottaleger van Xian, parels Dali en Lijiang, de rijstvelden van Longji, bruisend Hong Kong : China heeft veel te bieden. De mensen en volkeren zijn net zo verschillend als de streken die zij bevolken, evenals hun architectuur en tempels. Weinig landen bieden zoveel diversiteit als China.bIn augustus 2014 trokken we door 7000 jaar cultuur en geschiedenis.

ZOMERPALEIS VAN KEIZERIN CIXIREISROUTE

De machtige Airbus A340 zet ons geruisloos op Chinese bodem. We vlogen business, hebben uitstekend geslapen en zijn goed uitgerust, klaar voor de verkenning van Beijing. Onze gids Yuki staat ons op te wachten, verwelkomt ons hartelijk en loodst ons door de wirwar van mensen naar de auto.
 
We rijden naar het Zomerpaleis waar keizerin-regentes Cixi tot het begin van de 20e eeuw de scepter zwaaide. Honderden Chinese toeristen wriemelen zenuwachtig naar de hoofdingang en de Lange Gang, met zijn mooi versierde balken. De Toren van de Zoete Geur domineert de omgeving. We nemen de boot en steken het Kunmingmeer over om langs de Brug van de Zeventien Bogen terug naar het vasteland te keren. Tientallen beeldjes van leeuwen vergezellen ons tijdens de terugkeer. We rijden naar het stadscentrum en houden even halt bij het imposante Vogelnest, het atletiekstadion van de Olympische Spelen van 2008. Het wordt nog enkel gebruikt voor concerten. Voor de rest is het een toeristische attractie.

TOP-10

  1.  Rijstterrassen van Longji
  2.  De imposante Grote Muur
  3.  Verboden Stad in Beijing
  4.  Terracottaleger in Xian
  5.  Skyline van Hong Kong
  6.  Visvangst met aalscholvers op het Er Haimeer
  7.  Riviercruise in Shanghai
  8.  Fietstocht in Yangshuo
  9.  Songzanlinklooster in Shangri-La
10.  Oude stad in Lijiang

DE HUTONGS VAN BEIJING

Beijing (wat hoofdstad van het noorden betekent) barst uit zijn voegen. Amper is de zesde ringweg voltooid of er wordt al een zevende aangelegd om de stroom van wagens op te vangen. Naast de ringweg schieten de flatgebouwen als paddenstoelen uit de grond. Tot in de jaren tachtig telde Beijing (toen nog Peking) nauwelijks hoogbouw. Nu rijzen de appartementsblokken en wolkenkrabbers uit de grond.
 
De hutongs domineerden to in de jaren tachtig het stadsbeeld. Nu zijn ze gedoemd om te verdwijnen. Enkel toeristen redden hen van de ondergang. Knusjes op de achterbank van een riksja trekken we door de smalle straatjes van één van de laatste hutongs van Beijing. Een pittoreske buurt voor de toeristen, oubollig voor de bewoners. Er zijn enkel publieke toiletten en douches. Toch wil onze gastvrouw er niet weg. Fier leidt ze ons van de keuken naar de leefruimte en slaapvertrekken. We worden gastvrij ontvangen en worden voor geen geld getrakteerd op een uitgebreide traditionele lunch.

WANGFUJING IN BEIJING

's Avonds wandelen op de Wangfujing, de drukste winkelstraat van Beijing. Schreeuwende lichtreclames en neonlichten verleiden ons om de meest geraffineerde mode uit Italië tot de meest geavanceerde elektronica uit Japan te kopen. Eerst trekken we naar de avondmarkt met traditionele Chinese snacks als gegrilde schorpioenen en inktvis, dumplings, pannenkoeken en fruitspiesen. Een ondefinieerbare walm stijgt op van de kraampjes, waar verkopers luidkeels hun waar aanprijzen. Chinezen zitten er gehurkt van de snacks te smullen. Onze gids raadde ons aan er niets te eten en we volgen haar raad zonder morren op. Verderop lokken winkelcentra, warenhuizen en boetieks klanten. Apple heeft er een megalomane shop. Tienermeisjes flaneren tussen de hippe cafés, McDonald's en milk bars, gsm aan het oor, sigaret tussen de vingers, mascara en plateauschoenen. Ooit vormden de Chinezen in deze straat lange files om een paar schoenen uit de Sovjet-Unie te kunnen kopen. Nu staan er alleen nog files aan de geldautomaten en kassa's.

TIANAMEN OF PLEIN VAN DE HEMELSE VREDE

De eerste indruk van Beijing is hectisch. Nerveus ogende mensen, daverende vrachtwagens, taxi's en auto's strijden om elke meter asfalt. Eens je de parken opzoekt, ervaar je een oase van rust. In het park van de Tempel van de Hemel dansen Chinezen op rustige muziek, terwijl anderen een partijtje badminton of kaart spelen.
De tempel werd gebouwd onder de Mingdynastie en volledig gerenoveerd voor de opening van de Olympische Spelen in 2008. We wandelen naar de tempel en komen via de lange gang terug. Na het bezoek aan de Hemeltempel houden we halt bij een tea house. In voortreffelijk Engels wijdt een Chinees meisje ons in in de kust van het thee zetten. Oolongthee, jasmijnthee, groene en zwarte thee en fruitthee passeren de revue. We mogen niet enkel van de thee drinken maar worden ook aangeleerd hoé je thee moet drinken. We kopen thee en nemen afscheid.
 
Het Tian Anmenplein ademt historie uit, de geschiedenis van de Volksrepubliek China. Het plein waar de studentendemonstraties hardhandig en bloederig werden neergeslagen, is omzoomd met regeringsgebouwen, het mausoleum van de grote leider en het cultuur-historisch museum. Hoogtepunt is echter de Poort van de Hemelse Vrede, met de foto van een minzaam glimlachende Mao Zedong op de achtergrond. Voor de oudere generatie is Mao een held, de oprichter van het vaderland, vertrouwt onze gids ons toe. De jongeren dwepen helemaal niet meer met de grote leider. Ze fluistert het ons toe alsof de horden politieagenten het zouden horen. Over de neerslaan van de studentenmanifestaties van 1989 weet ze ook niet veel. Ze was te jong maar ook haar ouders vertellen er niets over. De regering heeft het dus goed geheim kunnen houden. Het zal hen geen tweede keer overkomen. Overal draaien camera's en houden tientallen agenten de bezoekers in de gaten.

VERBODEN STAD

De Verboden Stad overtreft alle verwachtingen. Kolossale poorten en immense pleinen leiden ons tot in het epicentrum van de keizerlijke macht. De vertrekken van de keizer en zijn concubines zijn toegankelijk voor het publiek. De keizers geloofden dat hoe meer vrouwen ze geregeld kregen, hoe langer ze zouden leven. Door duizend jonge vrouwen te ontmaagden, werd de eerste keizer onsterfelijk. We trekken verder door deze keizerlijke stad. Naar aanleiding van de Olympische Spelen zijn heel wat gebouwen gerenoveerd wat de bijzonder mooie architectuur nog accentueert. We verlaten de Verboden Stad en beklimmen de heuvel in het Jingshan Park, waar we een weergaloos uitzicht op de keizerlijke stad hebben. Nu pas dringt de uitgestrektheid van het complex tot ons door.
's Avonds schuiven we onze benen onder tafel bij Dadong. We smullen er van Peking eend, een specialiteit van Beijing. Op houtskool gegrilde en gelakte eend wordt flinterdun gesneden en opgediend met groentjes. We smullen van krokante sojascheuten, paddenstoelen overbakken met kaas en een bijzonder lekker kippengerecht in zoetzure saus met pittige pepertjes. Afsluiten doen we de dag in het Red Theatre waar een weergaloze kung-fushow wordt opgevoerd.

GROTE OF CHINESE MUUR

De laatste dag in Beijing. We rijden anderhalf uur naar het noorden waar we in Mutianyu de Grote Muur bezoeken. Chinese toeristen trekken massaal naar het meer oostelijk gelegen gedeelte zodat er opmerkelijk weinig toeristen te bespeuren zijn. Toch is de Grote Muur dé toeristische trekpleister van China.
De vestigingsmuur slingert bijna tienduizend kilometer van het oostelijk gelegen Shanhaiguan op en neer naar de Gobi-woestijn in het westen. De muur is hier mooi gerestaureerd alhoewel we ons afvragen hoeveel deze constructie nog gemeen heeft met de oorspronkelijke muur. Toch genieten we met volle teugen van dit wereldwonder. We beklimmen de soms steile, rechte trappen en dalen de golvende paden af, af en toe verkoeling zoekend in de wachttoren. We tellen er twaalf in totaal.
Verderop ligt er een deel van de muur dat niet hersteld is. Onze gids laat foto's zien van een trektocht op dat deel van de muur. Die vestigingsmuur lijkt meer op de constructie die door keizers van de Qing- en Mingdynastieën gedurende duizenden jaren werd gebouwd.

XIAN

Xian kreunt al weken onder een verzengende hitte, met temperaturen tot 38 graden. Als wij landen staan de hemelsluizen reeds een volledig dag wagenwijd open. De regen valt met bakken uit de lucht.
De volgende ochtend is het grauw. Het voorspelt weinig goeds. We wandelen door de nauwe steegjes van het moslimgedeelte van de oude stad. De straten en kraampjes liggen er maar mistroostig bij. Na een bezoek aan de moskee trekken we langs dampende kraampjes waar de lokale bewoners hun ontbijt nuttigen.
De wolken blijven stevig op elkaar gepakt, maar het regent niet meer. We beklimmen via één van de vier stadspoorten de stadswallen om ze per fiets te ontdekken. We kiezen een rode tandem en peddelen over de brede stadsmuren langs de stadspoorten en -torens. Dit is echt leuk!
 
Onze chauffeur en gids brengen ons naar het hoogtepunt van de dag, wellicht ook van onze trektocht door China : het terracottaleger van keizer Qin Shi. In vier hallen maken we kennis met de verheerlijking van deze Chinese keizer, die vele beroemde bouwwerken naliet maar ook een tiran voor zijn bevolking was. Honderden soldaten en officieren beschermen de keizer in het hiernamaals. Elke soldaat heeft een verschillend gelaat. Oorspronkelijk waren alle soldaten schitterend geverfd. De kleur is door de jaren heen vervaagd en verdwenen. We vergapen ons aan het aardkleurige leger en schuiven langzaam voorbij aan de voor zich uit starende manschappen. Gewoonweg verbluffend.

ERHAIMEER IN YUNNAN

We landen even na de middag in Dali. Het is de historische hoofdstad van een koninkrijk dat in de achtste eeuw zelfs de legers van de machtige Tangdynastie wist te verslaan, weet onze gids. We rijden naar het Erhaimeer, een met bergen omzoomde plas van 250 vierkante kilometer en de bakermat van het Baivolk. Eerst houden we even buiten Dali halt om te lunchen. Ik duik mee de keuken in van het lokale restaurant om zelf uit te kiezen wat we zullen eten. De gerechten zijn eenvoudig maar verrukkelijk. We zitten charmant op stoeltjes van nauwelijks twintig centimeter hoog en werken de rijst met varkensvlees, kip en groenten met de chop sticks gulzig binnen. De als zeer pikant aangekondigde gegrilde varkenslapjes vallen wonderwel mee.
Het Erhaimeer ligt er rustig bij. Boven ons pakken grijze wolken bij mekaar, al kan de zon hier en daar wat zonnestralen door de wolkenmassa priemen. De vissers varen uit om de traditionele visvangst met aalscholvers te demonstreren. Onze gidse probeert me te overtuigen dat de dorpelingen nog steeds met de aalscholvers vissen. Ik vermoed echter dat deze manier van visvangst enkel nog voor het toerisme bestaat.

SHAXI

We rijden verder door de vallei van Dali en het Erhaimeer naar Shaxi. Overal zie je piekfijn onderhouden akkers : rijst, tomaten, bloemkolen, tabak en tarwe. Er wordt meermaals per jaar geoogst. De vallei is zeer vruchtbaar. Yunnan staat niet voor niets bekend als de provincie van de eeuwige lente. We verlaten de snelweg. De weg slingert zich al snel tussen de groene heuvels en bergtoppen. We bereiken Shaxi en nemen onze intrek in het charmante Laodamian Guesthouse in het centrum van het dorp. De volgende ochtend slenteren we door het Baidorp. Het is er gezellig vertoeven, wandelend langs de vele marktkraampjes. Handelaars trachten hun waar aan de man te brengen. Er wordt afgedongen en gesjacherd. Een leuke bedoening.

LIJIANG

In de namiddag kuieren we door het oude centrum van Lijiang. De gids vertelt dat bij de Naxi's je aan het huis kan zien wie er de broek draagt. Als de feniks hoger op het dak staat dan de draak zwaait de vrouw de scepter in het huis, zegt ze glimlachend. Er staan heel wat huizen met de feniks in het zenith. De Naxi-vrouwen zijn dan ook harde werkers en gewiekste onderhandelaars. Nog steeds maken ze de dienst uit op de markt.
Een stel oudere vrouwen hebben het handelaarsbestaan opgegeven en dansen nu gezellig op het grote marktplein.
Het oude stadscentrum is gespaard gebleven van de afbraakwoede in heel wat Chinese steden. De kanalen waarin bergwater door de stad kabbelt, de steegjes met verraderlijk gladde kasseien, de daken met hun opstaande hoekpunten zien er allemaal uit zoals vijftig jaar geleden. Enkel zijn de inwoners vervangen door toeristen. De bewoners zijn uit hun huizen gelokt en wonen nu aan de rand van de stad, in nieuwe appartementen.
 
In het oude stadscentrum zijn alle huizen nu omgetoverd in bars, eethuizen en winkels. We worden aangesproken door een stel tieners. Ze zijn afgestudeerd en vragen of we hun affiche willen tekenen. We begeleiden onze handtekening van een dankwoordje en wensen hen veel geluk. Giechelend bekijken ze de voor hun vreemde kronkels van onze taal. In het park van de Zwarte Draak worden we ook al opgemerkt. Veel Europese toeristen komen we tijdens onze reis door China dan ook niet tegen. In Lijiang kunnen de westerlingen op één hand tellen. Ook in Beijing zagen we maar een handvol westerlingen. We wandelen verder door het mooie park dat bijzonder fotogeniek is. De Jadedraaksneeuwberg is echter met wolken omgeven. Dat (postkaart)plaatje krijgen we niet voor onze lens.

TIGER LEAPING GORGE

In de Tiger Leaping Gorge is de zon niet van de partij maar de aangekondigde neerslag blijft (gelukkig) uit. Het ravijn is een adembenemend decor. Tweeduizend meter bedraagt het hoogteverschil tussen de bergtoppen en de bedding van de Yangtze-rivier. Het is duizelingwekkend om in de loodrechte afgrond te kijken naar het kolkende water. Tot voor kort kon deze plek enkel via een stevige trektocht bereikt worden. Nu schuiven tientallen bussen op de nieuwe weg aan om honderden toeristen te droppen die het geweld van de natuur willen bewonderen. Wij dalen de zeshonderd trappen naar de bedding van de Yangtze af, bewonderen het schuimende en kolkende water en overwinnen de steile klim naar de parking. De natuur op zijn best.

SHANGRI-LA

Welkom in Shangri-La worden we door tientallen bordjes verwelkomd. We bereiken Zhongdian, een afgelegen, slaperig stadje dat eeuwenlang enkel de thuishaven was van monniken. Het stadje kreeg een toeristische boost toen de Chinese regering de naam veranderde in Shangri-La en het aan de wereld presenteerde als de Chinese miniversie van Tibet. We maken kennis met een traditioneel Tibetaans huis in de oude stad van Zhongdian. Terwijl de dieren onderaan op stal staan is er op de eerste verdieping een zeer ruime leefruimte. Het is dan ook de gewoonte dat getrouwde kinderen in het ouderlijk huis intrekken om voor de ouders te zorgen. 95% van de huwelijken zijn door de ouders geregeld, vertelt Sarah, onze gids. Zij kon dankzij een westerse non aan de deze traditie ontsnappen, in de Filipijnen drie jaar Engels studeren en haar geluk beproeven in de toeristische sector.
We trekken naar het imposante, gouden Songzanlinklooster, dat tijdens de Mingdynastie werd gebouwd. Het is het grootste traditionele Tibetaanse klooster van de provincie Yunnan. In de grootste zaal kunnen ruim duizend zeshonderd lamaïstische monniken bidden. Tegenwoordig haalt het klooster zijn inkomsten grotendeels uit het toerisme. Niet dat er hier veel westerlingen rondlopen. Het zijn vooral Chinese toeristen die hierheen komen, en wij.
Het hotelpersoneel begroet ons geestdriftig. We krijgen pikante gemberthee aangeboden, naar verluidt de beste manier om te wennen aan de grote hoogte. We overnachten in de Songtsam Shangri-La Lodge, een houten luxelodge die in de achtertuin van het beroemde Songzanlinklooster. Het hotel is bijna volledig opgetrokken in gerecupereerd hout. De Tibetaanse meubelen werden op antiekmarkten aangekocht. De lodge ligt vlakbij het plattelandsdorpje Kena, waar de gerst op de velden droogt. Oude vrouwtjes lopen af en aan met grote manden twijgen om vuur te maken. Shangri-La mag dan een snelgroeiende stad zijn, de tijd is er toch blijven stilstaan.
De volgende dag trekken we naar het Nationaal Park, gelegen in een hoog berggebied. Het omvat 2 meren en is omringd door groene weiden met kleurrijke bloemen. De vergezichten zijn spectaculair : de kronkelende, roodgekleurde Ganshui slingert zich in scherpe bochten door de vallei en de flanken zijn een afwisseling van groene landbouwgronden en bruinrode, droge aarde. De rest van de dag genieten we van de zalige rust van de Songtsamlodge en van het prachtig zicht op het klooster. We hebben niet meer nodig om ons in het paradijs te wanen. Ondanks de regen op de laatste dag.

STENEN WOUD IN KUNMING

In Kunming bezoeken we het Stenen Woud. Het leisteenplateau is door jarenlange erosie, door het samenspel van wind en water omgetoverd tot stenen formaties met grillige vormen. We wandelen tussen de rotsformaties en verkennen deze uitlopers van het karstgebergte van de naburige provincie Guangxi. We waren reeds enkele dagen geleden, vóór onze tocht naar het noorden van Yunnan, even in Kunming. We bezochten toen de Yuantong Si-tempel, een Boeddhistisch complex waar zowel de volgers van het Han-, Bai- als Tibetaans boeddhisme welkom zijn. Het complex is helemaal gerenoveerd. Vrouwen en mannen eren Boeddha, branden kaarsen en wierookstokjes. Ze begroeten hun god en bidden om een goed leven in het hiernamaals.

RIJSTTERRASSEN VAN LONGJI

Een stroom van toeristen klautert de steile toegangsweg naar de rijstterrassen van Longji op. De weg via Ping An is door een aardverschuiving ontoegankelijk en alle toeristen moeten vanuit Longsheng via dezelfde smalle weg de rijstvelden bereiken. Onze chauffeur negeert de instructies van de chaotisch georganiseerde toeristische dienst en brengt ons, laverend tussen puffende mensen, dampende bussen en toeterende auto's, tot op driehonderd meter van de toegangspoort. We bedanken hem hartelijk om dit stukje stuurmanskunst.

Dan opent zich een fantastische wereld. Na elke bocht zien we een adembenemend panorama. Tegen de steile bergwanden slingeren zich de rijstterrassen met gifgroene rijstplanten, rijstaren wiegen in de zachte wind terwijl de toeristen zich vol bewondering naar de top hijsen. Op het eerste gedeelte van de wandeling moeten we nog een massa toeristen dulden, na de lunch zien we amper mensen. We maken een fantastische wandeling in een idyllisch landschap van glooiende rijstvelden, geplakt in terrassen tegen de steile bergflanken. We genieten van dit staaltje landbouwkunst, uitgewerkt met hard labeur door de lokale boeren.
We zijn bijzonder tevreden dat we hier een overnachting geboekt hebben. De Li-An Lodge ligt op een toplocatie, op een heuvelrug, midden in de rijstterrassen. We zijn vannacht de enige gasten en worden door het uiterst vriendelijk personeel verwend. De kleine kamers zijn bijzonder mooi ingericht en hebben elk een thema uit de rijke Chinese geschiedenis. 's Avonds worden we getrakteerd op een slideshow over de rijstvelden (van kiem tot rijstkorrel). De volgende ochtend baden de rijstterrassen in een dikke mist die langzaam optrekt. Het levert fantastische foto's op van dit enig mooi landschap.
We wandelen terug naar beneden, vol voldoening over deze ervaring. Voor ons is het hét hoogtepunt van onze reis door China, de Verboden Stad in Beijing, de Grote Muur en het Terraccottaleger in Xian ten spijt. De pracht en het succes van deze unieke omgeving vormt meteen het grootste gevaar voor zijn bevolking. De dorpen van Longji dreigen uit hun voegen te barsten. De idyllische dorpjes vallen ten prooi van ongecontroleerde bouwwoede om de massa's toeristen op te vangen.
En iedereen wil een graantje meepikken van de harde valuta van de toeristen. Geld verdienen met het toerisme is gemakkelijker dan met het harde labeur in de rijstvelden. Maar zonder rijstvelden geen toerisme ...  We zien de toekomst somber is. De boodschap is om dit stukje ongerepte natuur snel te bezoeken en te genieten van deze prachtige omgeving vooraleer het te laat is.

GUILIN IN GUANGXI

Terug in Guilin bezoeken we het letterlijke hoogtepunt van de stad : de Yaoberg. We moeten wel een uur wachten eer we de kabelbaan naar de top kunnen nemen. Het uitzicht is uniek. De toppen van het karstgebergte rond en zelfs in de stad zijn bijzonder mooi. We twijfelen of het lange wachten wel de moeite was. De dag ronden we af met een bezoek aan een theeplantage. Vakkundig legt de gids ons de aanbouw, oogst en behandelen van thee uit. Afhankelijk van de oogst krijg je peperdure witte thee (van jonge, malse theeblaadjes) of de goedkopere groene thee, al betaal je voor kwaliteit nog steeds 45 euro voor 300 gram. Kopen doen we niet en daar is onze gedienstige gids zeer ontgoocheld over.
De volgende dag huren we een fiets (een tandem) en trekken het platteland in. We verkennen het hinterland van Yangshou, rijden door de velden en langs de Yangtze. Tientallen bamboevlotten glijden over de rivier, tussen de karstheuvels.
Na een verrukkelijke lunch schepen we in op een bamboeboot en varen de Li stroomafwaarts, van Yangshou naar Fuli, een onooglijk dorpje. We bezoeken er de lokale (landbouwers)markt. Een kip wordt genekt en in een soort trommel vakkundig gepluimd. Handelaars prijzen er hun groenten, fruit en vlees aan. Zin in een nieuwe haarsnit? Het kan. De lokale barbier voorziet je van een gladde kin of bros, tussen de kippen en de varkensribben.
De Impression-show is fenomenaal. De show is van de hand van de regisseur van de openingsceremonie van de Olympische Spelen in Beijing en brengt het verhaal van een meisje van één van de Chinese minderheden. De klank en de zang, het licht en de effecten zijn spectaculair. Regen komt de show verstoren, maar niemand maalt erom. De uitgedeelde regenjasjes worden haastig aangetrokken en de show goes on.

SHANGHAI

Het regent pijpenstelen als de Airbus van Eastern China grond raakt in Pu Dong Airport, de luchthaven van Shanghai. De hele oostkust van China wordt reeds enkele weken geteisterd door hevige regen. We ontspringen de dans deze keer niet. Onder felle regen lopen we naar de ferryterminal, aan de statige Bund.
De riviercruise loodst ons langs de skyline van Pudong, het financiële hart van Shanghai. De 457 meter hoge Oriental Pearl TV Tower glijdt aan ons voorbij. We zijn overrompeld door de flikkerende lichten van de vele wolkenkrabbers. De volledige muur van het Citibankgebouw kleurt rood. Dan wordt Shanghai alle er aangedaan. We love Shanghai wordt geprojecteerd. Pudong telt ruim vijfduizend wolkenkrabbers en er komen er elk jaar wel honderd bij. De Bund, de promenade aan de andere kant van de rivier, is ook indrukwekkend. Statige, oude gebouwen lijnen de horizon af. De regen is hoegenaamd geen spelbreker.

We sluiten de avond af met een verrukkelijke maaltijd in ons hotel, Les Suites Orient, gelegen aan de Bund.
De volgende ochtend is het nog steeds grauw, al regent het wat minder. Na een stevig en weerom verrukkelijk ontbijt trotseren we het gutsende nat. We wandelen de immense promenade langs de Huangpu-rivier af waar statige, eeuwenoude huizen het roemrijke verleden van deze stad illustreren. De Bund was het kloppend hart van Shanghai van na 1842. De hotels, banken, kantoren en clubs aan de Zhongshan Dong Yi Lu, zoals de Bund nu heet, zijn de grootse symbolen van het westerse imperialisme. Samen met ons trotseren vele Chinese de motregen. We zijn één van de weinige westerlingen en worden weer voortdurend aangestaard of vriendelijk toegewuifd. Schuchter maken een aantal Chinezen een foto van ons.
We duiken de oude stad in. In de oude panden heerst een drukke bedrijvigheid. Lokale bars en winkeltjes staan zij-aan-zij met de westerse merken als Zara, Esprit of Tommy Hilfiger. McDonald's en Starbucks zijn ook hier niet weg te slaan uit het stadsbeeld. In de Jaden Boeddhatempel branden Chinese gelovigen wierook en kaarsen. Het complex omvat verschillende tempels met elk hun eigen boeddha. Er is ook een winkel waar je je eigen altaar en lievelingsboeddha kan kopen. Een monnik nodigt ons uit. Hij kan onze (westerse) naam in Chinese kalligrafie schrijven. Hij verwacht enkel een donatie voor de tempel van ... tweehonderd Yuan (ruim twintig euro). Wij passen voor zoveel opportunisme.

JIANGSU

We rijden Shanghai in de vroege namiddag uit. Wolkenkrabbers en neonreclame ruimen plaats voor meren, rivieren en laagbouw. Tongli is onze eerste bestemming. Het waterstadje is gezellig maar ademt niet de sfeer of grandeur van Brugge of Venetië uit. We wandelen langs de waterwegen, over de talloze bruggen en langs kleine souvenirwinkeltjes en bars. Chinezen zoeken de koelte van de tientallen waterstadjes op om de hitte van Shanghai te ontspringen, zoals de Chinese heersers enkele honderden jaren geleden. Onze gids loodst ons langs de grachten naar de aanlegkade van de vele bootjes. Vredig kabbelend op het gladde wagen glijden we voorbij kleine huizen en andere kijklustige toeristen. Een visser laat zijn aalscholvers hardhandig te water. Wellicht is de vangst niet zoals verwacht en moeten de dieren het ontgelden.
We rijden verder naar Suzhou, één van de tuinsteden van Jiangsu. Onze slungelachtige gids vertelt dat hij de ambitie heeft om Chinese toeristen als reisbegeleider door Europa te loodsen. Arme toeristen die hem als reisleider krijgen. Hij vindt zelfs in het hem vertrouwde China zijn weg niet.

Een uur later dan gepland bereiken we ons hotel en dan moeten we hem nog zelf de juiste richting uitsturen. Aan de balie vindt het personeel onze boeking niet. Ze stellen voor even te wachten. Onze gids knikt goedkeurend, wij alles behalve. We staan erop dat ze onze kamer regelen, en wel meteen. Geen vijf minuten later is alles geregeld. Onze gids druipt beduusd af, wij vertrekken tevreden naar onze kamer. Als zijn we niet echt opgetogen van de kamer in het als 5 sterren aangekondigde hotel. Voor één nacht nemen we echter genoegen met ons onderkomen. Bovendien was de snack in de bar zeer lekker.
De volgende dag staat onze gids popelend klaar om ons de tuinen van Suzhou te tonen. Zijn kennis gaat niet verder dan een aantal wetenswaardigheden die we al in onze reisgids konden lezen. En zijn kennis van het Engels is ook al niet veel beter. Elke zin wordt met een onverstaanbare wartaal afgesloten. Het tuinen bekoren ons ook al niet. Hiervoor hebben we geen duizenden kilometers gereisd. Rond twaalf uur stelt onze gids voor naar de luchthaven te rijden voor onze vlucht van … zeven uur. Ruim op tijd, maar we zien op tegen het lange wachten. In Hangzhou Airport kunnen we onze vlucht herboeken. Onze gids zegt dat het aangenamer wachten is in de luchthaven van Hong-Kong. Magnificent airport! Hij heeft ons weer niet begrepen. We willen niet wachten maar sneller in het centrum van Hong Kong zijn. We bellen dan maar zelf naar de taximaatschappij. Ruim twee uur vroeger dan voorzien vertrekken we naar Hong Kong. Aan onze gids geven we nog wat wijze raad mee. Improve your English, moedigen we hem aan. Hij lijkt het niet te snappen. Hij zal geen Chinese toeristen in Europa gidsen.

HONG KONG

Ons vliegtuig naar Hong Kong vertrekt pas om zeven uur 's avonds maar we herboeken naar een vroegere vlucht. We hebben nog tijd om van ons hotel te genieten. Het kondigt zicht als een topper aan en we worden niet ontgoocheld. Een zeer vriendelijke frontdesk-medewerker van The Upper House leidt ons rond in de kamer. Zoveel high-tech, een woordje uitleg is hier op zijn plaats. Als je 's avonds een bad neemt, sluit dan zeker de luiken. Anders zou je wel eens in je blootje staan voor heel Hong Kong, waarschuwt ze met een knipoog. We zoeven nog eerst naar de hoogste verdieping van het torengebouw en duiken de bar in voor een drankje en een late snack. Moe van de lange reis ploffen we in de zalig zachte dons van het bed voor een verkwikkend nachtje rust..

KOWLOON

We nemen de tandradtram naar Victoria Peak, met onder ons de wolkenkrabbers van Hong Kong Island en aan de overkant Kowloon en de New Territories. Onze gids loodst ons naar het mooiste uitzicht van de hoge piek. Yu Kin Lim is zijn Chinese naam. Maar Bill is gemakkelijker te onthouden, lacht hij. Luidruchtige tieners kunnen hun verwondering niet onderdrukken, een Duitstalige gids schept meer op over zijn voormalige topcarrière dan zich over zijn klanten te ontfermen en een stel kranige ouderlingen hijsen zich puffend naar de top. Voor ons ligt Kowloon met links de hoogste wolkenkrabber van heel het district Hong Kong : de toren van het International Commerce Center.

REPULSE BAY

We dalen met de wagen de andere kant van de piek af, passeren gigantische villa's en belanden in Repulse Bay, het walhalla van de rijken. Maar ook de doorsnee-Chinees komt hierheen. Voor wat afkoeling en strandpret. Tussen de chaos en drukte maken Chinezen even tijd voor een paar minuten rust, een paar momenten van vredigheid met fruit en groenten, wierookstokjes tussen de vingers, hun goden en voorouders erend. We krijgen een glimp te zien van de oosterse wijsheid. Om dan weer, jachtig en snel, de bus op te springen, richting volgende bezienswaardigheid.

ABERDEEN HARBOUR

Aberdeen Harbour was dé vissershaven van Hong Kong, met talloze sampans en woonboten. Eens rauwe werkelijkheid, later nostalgie, nu enkel een flauw afkooksel van dit alles. Tussen de sampans en woonboten wurmen zich de jachten van de superrijken. Lang blijft dit vissersdorp niet meer bestaan. De woonboten van Aberdeen Harbour maken binnen afzienbare tijd plaats voor de jachten en schepen van de lokale rijken en de toeristen. Bewaar je foto's maar goed, vertrouwt onze gids ons toe. Binnenkort zijn het nog enkel getuigen van hoe het hier ooit geweest is. Gelijk heeft hij.

VICTORIA HARBOUR

We keren terug naar de Central Plaza. Het plein baadt in de art deco, rondom priemen de hoogste torens in een woud van staal, glas en graniet zegezeker omhoog. Het financiële hart van Hong Kong gonst van de bedrijvigheid. Rechts doemt het hoofdkwartier van HSBC op, een werk van Norman Foster met aan de ingang twee bronzen leeuwen die het gebouw beschermen tegen boze geesten. Links en hoger glimt de Bank of China Tower, een 370 meter hoge piek van Ieoh Ming Pei met een assymetrische prismastructuur. Omstreden omdat het ingaat tegen de filosofie van de Chinezen. En bijgeloof is belangrijk. In alle torengebouwen eindigt de hoogste verdieping op een acht.

Electronica, kleding, juwelen en parfum. Chanel, Guici, Rolex en Dolce & Gabana. Luxe in overvloed in de IFC Mall. We flaneren samen met talloze toeristen langs de glitter in de uitstalramen van de vele boetieks. Veel Chinezen komen er shoppen. Tax free! We wandelen verder richting de ferrykade. Gelakte eenden kijken ons aan vanachter vitrines, snoepgoed en gedroogd fruit liggen uitgestald.
's Avonds keren we er terug. De Star Ferry overbrugt in geen tijd de korte oversteek tussen eiland en vasteland. De frisse zeebries waait de broeierige warmte even weg terwijl meeuwen krijsend boven ons hoofd fladderen. Water en hoogbouw, een overweldigende troef van deze stad. Een ervaring die Hong Kong enkel moet delen met het swingende New York en het groeiende Shanghai. Acht minuten visueel genot. Op de promenade van Victoria Harbour schuift een massa volk heen en weer. Langs de waterkant makt de wijk Tsim Sha Tsui zich op het spiegelbeeld van Hong Kong Island te worden, met nieuwe hoogbouw in bamboestellingen. De skyline van Hong Kong Island oogt geweldig, één van de mooiste stadsbeelden ter wereld. We zien een façade van staal, glas en neon. De lichten van het Bank of China- en HSBC-gebouw en van de vele andere wolkenkrabbers flitsen aan en uit. We zijn op de Avenue of the Starsen kijken naar de als groots aangekondigde Symphony of Lights. De lichtshow is knap, de lasershow pover. We haasten ons met de metro terug naar Hong Kong Island, waar een tafeltje in de bar op de negenveertigste verdieping van ons hotel op ons wacht. De gerechten zijn verrukkelijk, de wijnen voortreffelijk. Voldaan vallen we in slaap.
De laatste dag van onze reis slapen we wat langer uit. Het lange reizen, de vele vluchten en de alcohol van de vorige avond eisen hun tol. We slenteren naar Causeway Bay. Drommen winkelende mensen omringen ons. Het Victoria Park is het grootste park van Hong Kong. Mensen komen er zwemmen, tennissen of om tai ji te beoefenen. Sinds 1840 klettert er dagelijks de Noonday Gun. We nemen een laatste blik op de pieren van de Star Ferry, gapen nog eens naar de vitrines met de meest luxueuze koopwaar in de IFC Mall en rekken onze nek voor de pieken van de wolkenkrabbers te zien.
Adieu Hong Kong, dag China! 很快见,香港。 很快再见,中国​。